Het leven schiet voorbij, het gaat maar door. Klanten die bellen, mailen, appen. Vriendinnen waarmee ik afspreek, studeren. Sleutel kwijt, telefoon vergeten aan de lader te leggen. De hond naar de dierenarts, ikzelf naar de fysio. Oh, en de vuilnis moet buiten, drie keer per week een andere soort bak of zak. Het is maar een kleine greep uit wat er allemaal is. Het lijkt wel of er nooit meer een moment is dat ik even alleen ben. Met mijn gedachten. Echt alleen.
Ik help, tenminste, ik doe mijn best. Totdat ik dicht ga. Ik wil aardig doen, totdat ik zelf als een zoutzak op de bank beland en niet eens meer zin heb om tv te kijken. Ik ben ineens niet meer de ‘sterke ik’ die ik graag zou willen zijn.
Dat maar voorthollen niet goed is, dat weet ik ook. En anderen helpen, voor werk of privé, lukt alleen maar als ik af en toe even niet aan anderen denk. En dus heb ik heel bewust weer, net als vroeger ‘momentjes’ ingeprikt. Gewoon in de agenda gezet dat ik oplaadtijd nodig heb: een blok ‘Momentje’. Met een kleur die geen andere afspraak in mijn Google Calendar heeft.
Het zijn geen ellenlange blokken tijd, maar uurtjes, soms zelfs een half uurtje. Snelle, subtiele tussendoortjes die voelen als weldaad. Een thee-date met mezelf, ’s morgens vroeg in het leuke koffietentje in de winkelstraat, waar het dan zo lekker rustig is. Een uurtje eerder op, om zo even in alle stilte over de hei te wandelen – met hond natuurlijk maar zonder al die andere honden die het druk maken. Een momentje. Gewoon zijn. En die minuten leveren zoveel op.